Nu wordt er nog gekeken naar een warmtenet waarbij de warmte uit de afvalverbranding komt. Nou is afvalverbranding bij Twence wel één van de betere ter wereld. Op de korte termijn, zo ongeveer de komende vijf jaar, is dan ook het geen probleem om de toch ontstane restwarmte nog uit het verbrandingsproces bij Twence te halen en te gebruiken in een warmtenet.

Maar op de langere termijn moet er gekeken worden naar andere verwarmingsmogelijkheden, vindt Talen. Hij vraagt zich ook af hoe duurzaam het is om warmte uit afvalverbranding te halen. Er zou meer gekeken moeten worden naar het verkleinen van de afvalstroom, meent hij. “Dan moet je daar niet je verwarming op gaan baseren. We moeten ons ook gaan voorbereiden op de toekomst”

En dat zou geothermie kunnen zijn als het aan hem ligt. “Goud uit de aarde”, stelt het SGP-Statenlid. “Het is warmte die in de aarde zelf zit en die ook niet opraakt, zoals fossiele brandstoffen. Bij diepe geothermie wordt gebruikgemaakt van bronnen die zich op grote diepte bevinden, vaak tussen de 1 en 5 kilometer diep. De warmte uit deze diepe lagen is bijna constant en kan een betrouwbare energiebron zijn voor lange periodes.”

Maar dat hoeft niet de enige toekomstige warmtevoorziening te zijn, vindt de SGP. De partij wil graag een warmtenet, waar meerdere producenten bij kunnen aansluiten. “Je bent dan ook niet afhankelijk van één leverancier, dat maakt je basis voor de energievoorziening een stuk steviger.”

Samen met gemeenten en het Rijk moet de provincie nu de kansen van geothermie in de provincie verder in beeld brengen, net als andere warmtebronnen. Ook willen de Statenleden graag weten of het mogelijk is om het warmtenet, dat nu nog door Twence gevoed wordt, op een andere manier aan te sluiten. Eind dit jaar moet er meer duidelijk zijn.