Sportclub kan het nog. Koploper Excelsior kan de muur niet slechten.
Sc. Genemuiden bewees zichzelf een goede dienst door, dit seizoen, voor het eerst een competitieduel op eigen grond te winnen. Dat de koploper hiervan het slachtoffer werd is mooi voor de statistieken en de competitie. De drie punten brengen vertrouwen voor de toekomst. Dat vertrouwen was na de zeperd tegen Flevo Boys geknakt en nadien alleen maar verder afgebrokkeld. In Apeldoorn bleek dat de Genemuider verdediging weer redelijk safe was, 2 ongelukjes en een stommiteit stonden toen nog succes in de weg. Nu was het succes er wel, een zwaar bevochten, maar niet minder verdiend, succes.
Dat het niet al te sprankelend was, is in deze fase een bijzaak, de wil om er iets van te maken was het belangrijkste en dit straalde van de ploeg af. Men wist dat door Leferink aan banden te leggen een groot gedeelte van de productie van Excelsior lam zou komen te liggen. Tijmen Brouwer ( gedeeltelijk gerehabiliteerd van zijn rode kaart in Apeldoorn) kweet zich uitstekend van zijn taak. Nimmer zocht hij de grens, veelal bleef het bij leunen in zijn confrontaties met de topscorer van de hoofdklassen. Doordat Leferink veelvuldig voor een vrije trap koos, in plaats van het duel echt aan te gaan, was hij er zelf ook schuldig aan dat hij, behoudens spelhervattingen, niet gevaarlijk kon worden. Sportclub was het die voetballend wel kansjes creëerde, echter doordat Sportclub zonder echte spits speelde bleven die mogelijkheden onbenut. Vooral omdat men het (nu) fysiek af moest leggen tegen de Rijssense defensie. De absentie van spits Cornelia werd bij Sportclub opgevuld door Arjan Kolk die, controlerend aan de linkerkant, zeer verdienstelijk voetbalde. Voorin liep Sijmen Jansen zich het apenzuur, met zijn inzet maakte hij het de Rijssense verdediging knap lastig. Doordat Martijn Jansen vaak van te ver moest komen ontbrak ook bij hem de power voor het doel. De wedstrijd bleef zo dus lang in balans, ook omdat Leferink een kopbal, uit een corner, door Rotman van de lijn gered zag worden. De enigste keer, in de 1e helft,dat Excelsior echt dicht bij een treffer was.
De ploegen leken met een dubbelblanke stand van de hete thee te moeten nippen, Resokario besliste anders. Een vrije trap van Rotman was de inleiding tot de treffer, hij legde de bal bij de 2e paal in de voeten van Martijn Jansen, al werd hij onderuit getrokken, toch wist hij nog de bal vanaf de achterlijn in de voeten van Resokario te werken. De centrale verdediger tikte de bal beheerst in het lege doel. Een welkome opsteker voor Sportclub.
De tweede helft bracht een nadrukkelijk aanvallend Excelsior. Dit gebeurde echter op een zeer voorspelbare manier waardoor Sportclub zelden in de problemen kwam. Veelal werd er gekozen voor een diepe bal in het centrum in de hoop dat of Janssen of Leferink of ten Hoeve de bal kon verlengen tot bij één van de collega’s. Dit bleek, door allerlei oorzaken niet te lukken. Incidenteel werd Excelsior gevaarlijk, zo was Sjors Brugge dicht bij de gelijkmaker, al had hij bij zijn vrije trap nog een wel een vijandig been nodig. Flier werd hierdoor wel tot het uiterste gedwongen. Leferink teisterde, een paar minuten later, uit een corner, de lat boven de zeer sterk keepende Genemuider goalie.
Gaandeweg de tweede helft kreeg Sportclub de mogelijkheden het duel in het slot te gooien.
Het met de moed der wanhoop voetballende Excelsior liet steeds meer ruimte voor de tegenstoot. Sportclub wist die ruimte niet te benutten, deels door vermoeidheid maar ook door het ijzersterke verdedigen van John Lubbers. Toch kan Sportclub het zich aanrekenen dat het tot het laatste signaal billenknijpen bleef. Drie keer kwam men in zeer kansrijke positie, de genadeklap bleef uit.
Ruim in blessuretijd verloren beide teams nog een speler. Herman van Dijk ontworstelde zich aan Lubbers maar speelde de bal iets te ver vooruit. Doelman Kok was een fractie eerder bij de bal dan van Dijk. Een botsing was echter wel het vervolg. Beide spelers moesten zich laten vervangen waarbij het letsel van Kok zich ernstiger liet aanzien dan dat van Herman van Dijk.
Ook in de rest van de vele, maar terechte, extra minuten bleef de stand ongewijzigd. Heel Sportclub haalde opgelucht adem. De laatste plaats is verlaten, het vertrouwen is weer toegenomen. Dit kwam vooral tot uitdrukking op het veld, de durf om vooruit te verdedigen was er weer. De eerste stap is (weer) gezet.